NOS – De vraag naar elektriciteit in Nederland is de afgelopen maanden geëxplodeerd. Vooral bedrijven vragen op grote schaal extra stroom aan bij hun netbeheerder. Die slaan alarm: het elektriciteitsnet zit op veel plekken al overvol. Zonder ingrijpende maatregelen zullen bedrijven soms nog jaren moeten wachten voordat zij meer elektriciteit kunnen krijgen.
Sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne worden de netbeheerders overspoeld met aanvragen voor méér elektriciteit, zo bevestigen de drie grootste regionale netbeheerders, Liander, Enexis en Stedin, aan Nieuwsuur.
Vier keer piekvermogen Amsterdam
Zo ziet netbeheerder Liander dat bedrijven gezamenlijk binnen drie tot vier jaar 50 procent meer stroom willen afnemen. “Dat zijn echt enorme aantallen”, zegt bestuurslid Daan Schut van Liander. “Dan praat je over vier keer het piekvermogen van de stad Amsterdam.”
De hoge gasprijs zorgt ervoor dat bedrijven hun plannen voor elektrificatie fors versnellen, ziet ook netbeheerder Stedin. Om van fossiele brandstoffen over te kunnen stappen op elektriciteit, hebben bedrijven de afgelopen maanden plannen ingediend waarin zij een extra vermogen vragen van grofweg 1,5 keer het stroomverbruik van Den Haag, zegt een woordvoerder van Stedin.
De Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft jarenlang waarschuwingen genegeerd dat het elektriciteitsnet overbelast zou raken. De toezichthouder lette vooral op zo laag mogelijke kosten, waardoor het net onvoldoende werd uitgebreid. De vraag naar elektriciteit is inmiddels veel hoger dan het aanbod dat netbeheerders maximaal kunnen leveren. Veel duurzaamheidsplannen lopen vast op een elektriciteitsnet dat daar bij lange na niet voor is uitgerust. Hoe heeft het zo fout kunnen lopen: lees hier onze reconstructie.
Netbeheerders, onderzoekers en experts stellen dat de focus op efficiëntie en lage kosten door toezichthouder Autoriteit Consument & Markt (ACM) ervoor zorgde dat er veel te weinig is geïnvesteerd om het net te verzwaren en uit te breiden. Dit ondanks meerdere waarschuwingen dat zowel het aanbod van duurzaam opgewekte stroom als de vraag naar elektriciteit fors zou stijgen. Daardoor staan er nu al minimaal 6700 bedrijven en instellingen op een wachtlijst voor een aansluiting. De extra vraag naar stroom die daar bovenop komt, stelt netbeheerders voor een onmogelijke opgave. Op de vraag of Liander het extra gevraagde vermogen kan leveren is Schut duidelijk: “Nee, dat kunnen we niet bieden.” Ook bestuurslid David Peters van Stedin is daar kort over. “Het elektriciteitsnet is hier niet op ontworpen. We werken hard aan de uitbreiding en versterking van ons net, maar er is meer nodig om de groeiende vraag aan te kunnen.”
Verbruik spreiden
Zowel Liander als Stedin roepen bedrijven en de politiek op om snel maatregelen te nemen. Vooral bedrijven zouden hun verbruik beter over de dag moeten spreiden. Liander denkt aan contracten waarbij bedrijven alleen in daluren stroom kunnen krijgen. Daarnaast zouden bedrijven en consumenten via prijsprikkels gestimuleerd kunnen worden om bijvoorbeeld e-boilers en elektrisch vervoer vooral ‘s nachts te laden.
Zonder maatregelen loopt het elektriciteitsnet onherroepelijk vast, zegt Schut. “Als we blijven doen wat we deden de afgelopen 10 jaar, dan zullen die netten steeds voller raken en dan zullen er steeds grotere wachtlijsten komen van bedrijven om te verduurzamen en minder economische groei.”
Werkgeversorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland laten weten dat bedrijven waar het kan graag bijdragen aan de ontlasting van het elektriciteitsnet. “Dat ontslaat Nederland echter niet van de plicht om ook het zelf versneld klaar te maken voor de toekomst”, zegt een woordvoerder. De werkgevers willen dat de problemen op het net tot ‘nationale prioriteit’ worden benoemd, en dat vergunningsprocedures voor verzwaring ‘veel korter moeten’.
“De drukte op het elektriciteitsnet is te vergelijken met het spitsuur”, zegt Peters. “Meer asfalt alleen lost het fileprobleem niet op. We moeten ook anders met het wegennet omgaan: langzamer gaan ‘rijden’, niet allemaal op dezelfde tijden gaan rijden en niet allemaal tegelijk in- of uitvoegen. Dan komt er voor iedereen ruimte op de weg vrij.”
Netbeheerders Liander, Stedin en Enexis zijn regionale netbeheerders. Zij zijn gezamenlijk goed voor ruim 95 procent van alle aansluitingen op het elektriciteitsnet in Nederland. Het landelijk hoogspanningsnet wordt beheerd door Tennet.
In Noord-Brabant en Limburg wordt al gewerkt met het spreiden van de vraag naar elektriciteit. Netbeheerder Enexis maakte daar afspraken over met grote bedrijven, nadat deze zomer het net volledig vol zat. Enexis laat weten dat dit tijdelijk een oplossing heeft geboden, maar ziet nu opnieuw “heel grote aanvragen” voor extra elektriciteit binnenkomen.
‘Tsunami’ aan aanvragen
“Deze klanten willen van het aardgas af, en hebben daar soms tot wel zeven keer zoveel capaciteit op het elektriciteitsnet voor nodig”, zegt Tim van Ham van Enexis. De aanvragen per klant lopen op tot een vermogen dat genoeg is om 20.000 huishoudens van stroom te voorzien. Eerder sprak Enexis al van ‘een tsunami’ aan nieuwe aanvragen.
Schut van Liander stelt dat het beter benutten van het net vooralsnog alleen een oplossing voor de korte termijn is. “Daarnaast zullen we structureel de netten moeten uitbreiden”, zegt hij. Liander zegt voor de nu ingeschatte vraag meer dan dertig grote elektriciteitsverdeelstations te moeten bouwen. Daarvoor moeten de vergunningsprocedures flink verkort worden, en zullen technisch geschoolde werknemers uit het buitenland nodig zijn.