NOS – Op 150 locaties in Nederland zijn de afgelopen jaren onbewaakte spoorwegovergangen gesloten of alsnog beveiligd. Dat blijkt uit cijfers die de NOS heeft opgevraagd bij ProRail. De spoorbeheerder begon in 2018 met een project om de gevaarlijkste overgangen te sluiten, na een reeks dodelijke ongelukken.
Met de sluiting van twee locaties in Diepenveen in april, zijn er nu nog 28 onbewaakte overgangen over die volgens ProRail zo gevaarlijk zijn dat ze op korte termijn moeten sluiten. Op dertien daarvan hoopt de spoorbeheerder dat dit jaar nog te regelen, voor de andere locaties duurt dat langer.
Bewaakt vs. onbewaakt
Nederland telt zo’n 2200 spoorwegovergangen: locaties waar een spoorlijn kruist met een weg of een voet- of fietspad. De meeste zijn beveiligde overgangen, te herkennen aan rood-witgestreepte slagbomen die de weg afsluiten wanneer er een trein komt en daarbij waarschuwende geluiden maken. Maar bij sommige overgangen is nooit zo’n installatie met bellen en/of slagbomen aangelegd.
Deze onbewaakte spoorwegovergangen liggen meestal in landelijk gebied op rustigere locaties, zoals wandelpaden of oversteekplaatsen tussen weilanden. Mensen die de overgang willen passeren, krijgen vooraf geen waarschuwing als er een trein aankomt. Ze moeten dus zelf bepalen wanneer ze oversteken. De treinen rijden vaak op volle snelheid, variërend tussen de 120 en 140 kilometer per uur.
Nu al resultaat
Omdat er vaak ongelukken op dit soort overwegen gebeurden, startte ProRail zes jaar geleden een programma om de 180 gevaarlijkste te sluiten. “Het grootste deel van deze klus is nu dus geklaard”, zegt ProRail-woordvoerder Mirjam de Witte. “Eind 2025 streven we ernaar om 170 van de 180 onbewaakte overgangen afgesloten te hebben.”
Hoewel ze dus nog niet allemaal gesloten zijn, ziet ProRail wel al positieve resultaten van het programma. “Zo is het gemiddeld aantal aanrijdingen op onbewaakte overgangen fors gedaald. En dat geldt ook voor het aantal doden”, legt De Witte uit. “In 2014 vielen er jaarlijks nog gemiddeld 2,6 doden op een onbewaakte overgang, nu is dat cijfer bijna gehalveerd.”
Ongeluk Hooghalen
Tegelijk zegt het huidige cijfer ook dat het nog steeds af en toe misgaat. Zo ook in 2020, toen op het spoor bij Hooghalen in Drenthe een NS-trein botste op een trekker die een onbewaakte spoorwegovergang overstak. De bestuurder had de aankomende trein niet gezien. De treinmachinist kwam bij het ongeluk om het leven.
Uit onderzoek bleek vervolgens dat onbewaakte spoorwegovergangen nog veel gevaarlijker zijn dan werd gedacht, vooral omdat er vaak zwaar verkeer overheen rijdt. Bovendien doet dit zware verkeer er veel langer over om de overweg te passeren, wat de kans op een ongeluk vergroot.
Treinen reden vanaf dat moment langzamer over de gevaarlijkste onbewaakte spoorwegovergangen, 90 kilometer per uur. Ook kregen honderden NS-treinen andere kleuren aan de voorkant zodat ze meer opvallen.